Bulletineke Justitia

Bulletineke Justitia

Niet langer in de rechtbank of op kantoor: de juridische sector werkt thuis

Kato Dekkers
Toen in 2020 het coronavirus uitbrak, veranderde het dagelijks leven abrupt. Als middelbare scholier zat ik plots thuis, met mijn laptop op schoot, lessen te volgen vanaf de bank. Scholen gingen dicht, van andere mensen moest ik anderhalve meter afstand houden en mijn bijbaantje kwam stil te liggen. Inmiddels zijn we een paar jaar verder en studeer ik Rechtsgeleerdheid. Vanuit dat nieuwe perspectief vraag ik me af: wat heeft deze ingrijpende periode betekend voor de juridische wereld? Een sector die sterk leunde op fysieke aanwezigheid, die zich moest aanpassen aan thuiswerken.

Wonen in andermans huis: hoe studenten legaal kunnen kraken

Imke Beursgens
De woningnood voor studenten in Nederland is dringender dan ooit.[1] Een studentenkamer kost tegenwoordig bijna net zoveel als een klein vliegtuig, de wachttijden bij woningcorporaties zijn ontzettend lang en tijdens hospiteeravonden neem je het op tegen een halve collegezaal aan medestudenten. Velen houden vol en vinden na een tijdje een plek in een studentenkamer. Anderen nemen het heft in eigen handen. Ze wachten niet langer en beginnen met kraken.

Carriérespecial

Jaan van WijkTamara Majstorović
Afgelopen maand is de fysieke carrièrespecial van het Bulletineke Justitia uitgebracht. De redactie en eindredactie hebben ook dit jaar hard gewerkt om wederom een prachtige editie neer te zetten en wij kunnen met trots zeggen dat dit ook zeker is gelukt. Er zijn artikelen geschreven over de carrièregerichte evenementen van de JFV Nijmegen, relevante juridische vaardigheden en er zijn diverse personen geïnterviewd. Op deze manier trachten wij als Juridische Faculteitsvereniging Nijmegen de mogelijkheden betreffende het carrièrepad voor de Nijmeegse rechtenstudent te schetsen en een aantal opties uit te lichten. Wij willen Birgit Timmerman, Boris Martens, Damian van Noort, Imke Beurgens, Kato Dekkers, Pien van der Zanden en Step Smeets vanuit de redactie bedanken voor hun inzet voor het schrijven van de artikelen. Verder zouden wij graag Jenthe Tromp, Laurens Schut, Lieve Aalberts, Marieke van Heukelum, Murad Baker en Niels Burghoorn als eindredactie bedanken voor het corrigeren en perfectioneren van de stukken. In het bijzonder gaat onze dank uit naar Jaan van Wijk voor zijn rol als eindredacteur van de gehele carrièrespecial, welke hij uitstekend heeft vervuld. Tot slot willen wij alle andere personen en adverteerders bedanken die hebben meegeholpen om van deze carrièrespecial wederom een succes te maken.

Tussen redelijkheid en strikte handhaving: contractvrijheid in Nederland en het Verenigd Koninkrijk

Boris Martens
et begrip contractvrijheid is een belangrijk uitgangspunt in verschillende rechtssystemen. Contractvrijheid brengt mee dat het men vrij staat om te kiezen óf ze een overeenkomst willen sluiten, en zo ja, met welke partij, met welke inhoud en in welke vorm ze de overeenkomst willen sluiten.[1] Contractvrijheid is in Nederland en het Verenigd Koninkrijk een belangrijk beginsel dat ten grondslag ligt aan het verbintenissenrecht van beide rechtssystemen. In beide rechtssystemen kent de contractvrijheid beperkingen. Daarnaast bestaan er verschillende benaderingen in beide rechtssystemen met betrekking tot de toepassing van contractvrijheid. De verschillen kunnen van belang zijn wanneer bijvoorbeeld een (rechts)persoon in Nederland een contract wil sluiten met een partij in het Verenigd Koninkrijk.\

''Haar lichaam, Hun regels''

Step Smeets
Weinig juridische thema’s ontlokken zulke felle emoties, en zulke fundamentele rechtsvragen, als abortus. Het gaat niet alleen over zwangerschap of medische keuzes. Het gaat over autonomie, staatsmachten over de vraag wie het laatste woord heeft over het lichaam van een vrouw: zijzelf, de dokter, het parlement of de rechter? In Nederland is abortus gereguleerd als vorm van zorg wettelijk toegestaan, onder voorwaarden en ingebed in het medische systeem. In de Verenigde Staten is het tegenovergestelde realiteit: sinds 2022 bestaat er geen federaal recht op abortus meer en bepalen individuele staten of vrouwen toegang krijgen tot die zorg. In sommige staten is abortus inmiddels volledig verboden, zelfs na verkrachting of incest. Hoe kan het dat twee democratische rechtsstaten met gedeelde westerse waarden zó verschillend omgaan met zo’n fundamenteel recht?