Mag een gekaapt vliegtuig worden neergehaald? Mag je een orgaandonor laten sterven om 5 patiënten te redden? Mag een terrorist worden gemarteld om een aanslag te voorkomen? Het zijn allemaal ethische dilemma’s waarin geen goede of slechte beslissing kan worden genomen. Helemaal theoretisch zijn deze situaties echter niet. In Duitsland is deze discussie door de film Terror – Ihr Urteil nu weer opgelaaid.
Inleiding
In de film Terror – Ihr Urteil staat majoor Lars Koch terecht voor het neerhalen van een door terroristen gekaapt passagiersvliegtuig, omdat het toestel op een vol voetbalstadion dreigde te vliegen. Na afloop van de film mochten kijkers zelf oordelen. Moet de majoor worden veroordeeld voor de moord op 164 onschuldige inzittenden of verdient hij vrijspraak omdat hij het leven van 70.000 mensen heeft gered?[1]
Menselijke waardigheid
In Duitsland heeft dit ethisch dilemma een bijzondere betekenis. Na de aanslagen van 11 september 2001 heeft het Duitse parlement een wet ingevoerd die de krijgsmacht toestond in uiterste noodgevallen wapens tegen een passagiersvliegtuig in te zetten. In 2006 heeft het Bundesverfassungsgericht deze wet in strijd met de Duitse grondwet verklaard.[2] Artikel 1 van het Grundgesetz bepaalt immers:
“Die Würde des Menschen ist unantastbar. Sie zu achten und zu schützen ist Verpflichtung aller staatlichen Gewalt.”
De menselijke waardigheid is niet alleen een grondrecht op zich, maar ook de grondslag van alle grondrechten. De staat mag dus tussen mensenlevens nooit een afweging maken. Of, om het met de woorden van Kant te zeggen: men mag een mens nooit enkel als middel behandelen, maar ook altijd als doel op zich.[3]
Trolleyprobleem
De film is gebaseerd op het bekende trolleyprobleem. Stel, een defecte trein nadert met hoge snelheid een andere trein et 100 reizigers. Als de trein blijft rijden, zullen de 100 reizigers komen te overlijden. Iemand ziet het gebeuren en heeft de mogelijkheid om een wissel te bedienen waarmee de trein zal afbuigen naar een ander spoor. Op dit spoor staan echter vijf spoorwerkers die de botsing niet zullen overleven. Moet de wissel worden bediend of niet? Binnen een utilitaristisch standpunt is de juiste keuze het opofferen van die paar levens. 5 is tenslotte minder dan 100.
Morele waarden
Interessant is dat onze keuze wordt beïnvloed door wat wij als ethisch aanvaardbaar beschouwen. De Amerikaanse filosofe Judith Thomson heeft dit door middel van een variant op het trolleyprobleem aangetoond. Zoals eerder, stormt er een trein richting de spoorwerkers af. Iemand staat op een brug waaronder de trein zal passeren en kan hem stoppen door een zwaarlijvige man vanaf de brug voor de trein te gooien. Het probleem: de man wil niet, dus hij zal met een mes moeten worden gedood. Moet de man worden gedood om het leven van de spoorwerkers te redden? Nu neigt ons mensenverstand er veel minder snel toe om het leven van één persoon voor meerdere mensenlevens op te offeren. Dit kan worden verklaard uit het feit dat de 100 treinreizigers al in een risicosituatie verkeren (net als de 164 vliegtuigpassagiers), terwijl de man geheel toevallig over de brug loopt. Daarnaast is het bedienen van een wissel nu niet meer voldoende, maar moet men de man met eigen handen vermoorden. Men berokkent een ander nu dus schade in plaats van schade te voorkomen. Getalsmatig kost deze variant echter minder levens dan in het oorspronkelijke voorbeeld.
Magnus Gäfgen
Een ander interessant dilemma kent elke rechtenstudent nog uit het eerste studiejaar. In 2002 ontvoert de 27-jarige rechtenstudent Magnus Gäfgen de bankierszoon Jakob von Metzler.[4] Gäfgen kon al gauw door de politie worden opgepakt, maar weigerde te verklaren waar hij het elfjarige jongetje schuil hield. Terwijl Gäfgen zich na enkele dagen nog steeds op zijn zwijgrecht beriep, dacht de politie dat het jongetje ergens zonder eten en drinken opgesloten zat. Het was duidelijk dat hij het niet lang meer zou volhouden. Om de druk op Gäfgen te verhogen dreigden de politieagenten hem te zullen laten folteren, als hij niet vertelde waar Jakob zich bevond.[5]
Tikkende tijdbom
De casus-Gäfgen is een typisch voorbeeld van het ticking time bomb scenario: is foltering aanvaardbaar als ermee informatie wordt verkregen waarmee mensenlevens kunnen worden gered? Of mag de overheid nooit gaan folteren, dus ook niet als het mensenlevens zal kosten? Voorstanders stellen dat foltering in zulke situaties is toegestaan, indien de overheid door de verkregen informatie levens kan redden. Daarnaast kan de rechtsstaat zijn burgers door middel van de mogelijkheid om te folteren tegen terrorisme beschermen. Tegenstanders benadrukken dat het verbod van foltering een absoluut grondrecht is.[6] Niemand mag worden onderworpen aan folteringen of aan onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen. Overigens heeft foltering in veel gevallen aantoonbaar niet gewerkt, omdat de gefolterde maar wat roept om van de druk af te zijn. Bovendien zou de overheid deze bevoegdheid weleens kunnen misbruiken in situaties waarin helemaal niet duidelijk is of het om een acute situatie gaat, laat staan dat de verdachte daadwerkelijk over de benodigde informatie beschikt.
Afronding
Het tv-experiment heeft voor veel kritiek gezorgd omdat veruit de meerderheid van de 6,9 miljoen kijkers voor vrijspraak heeft gestemd en daarmee tegen het grondwettelijk beginsel van menselijke waardigheid.[7] Want waar trekken wij de grens? 164 mensenlevens tegen 70.000 zijn kennelijk onvoldoende, maar zijn 164 tegen 200 dat bijvoorbeeld nog steeds? Geconcludeerd kan worden dat onze morele waarden mede bepalen welke keuze wij maken. Keuzes op grond van morele waarden staan echter op gespannen voet met de rechtszekerheid. Om die reden werd in de film aangevoerd dat het principe van menselijke waardigheid nooit opzij mag worden geschoven en de majoor dus moet worden veroordeeld. Ikzelf ben het daar niet mee eens. Er wordt tenslotte in een concreet geval geoordeeld. De majoor had de keuze tussen kwaad en erger: een juiste keuze kon niet worden gemaakt. Daardoor is sprake van een bovenwettelijke noodtoestand, waardoor een rechtvaardigingsgrond bestaat en straffeloosheid geboden is. Hoe het ook zij, het moge duidelijk zijn dat ethische dilemma’s zich ook in de praktijk kunnen voordoen en een goed antwoord niet altijd bestaat.
[1] Jeroen Wollaars heeft de film onlangs bij De Wereld Draait Door besproken: http://dewerelddraaitdoor.vara.nl/media/366125. De website van de film is hier te vinden: http://www.daserste.de/unterhaltung/film/terror-ihr-urteil/index.html
[2] BVerfG 15 februari 2006, ECLI:DE:BVerfG:2006:rs20060215.1bvr035705. Zie ook het persbericht (Engels): http://www.bundesverfassungsgericht.de/SharedDocs/Pressemitteilungen/EN/2006/bvg06-011.html
[3] Zie Kants Grundlegung zur Metaphysik der Sitten, waarin Kant het categorisch imperatief uitlegt.
[4] De lezer zij verwezen naar de film Der Fall Jakob von Metzler, te vinden via: https://youtu.be/0xB0SX6e4n0
[5] S.E. Garveling, ‘Het Daschner-dilemma. Dreigen met foltering om levens te redden’, AA 2009/1, p. 22 e.v.
[6] Zie art. 3 EVRM en het Verdrag tegen foltering (Trb. 1985, 69).
[7] M. Hanfeld‚ ‘Eine Frage der Schuld‘, Frankfurter Allgemeine, 18 oktober 2016, te raadplegen via: http://www.faz.net/aktuell/feuilleton/medien/tv-kritik/schirachs-terror-in-der-ard-eine-frage-der-schuld-14486192.html
The post Mag je doden om levens te redden? appeared first on Bulletineke Justitia.