Bulletineke Justitia
U bent hier:

De Drentse roofmoorden

In Nederland denkt men vaak dat de levenslange gevangenisstraf zo’n 25 tot 30 jaar bedraagt. Dit is echter niet het geval. In Nederland zit je, nadat je een levenslange gevangenisstraf opgelegd hebt gekregen, daadwerkelijk je leven lang achter de tralies. Critici vinden dit te streng. Het lijkt erop dat ook rechters zich nu tegen dit systeem beginnen te verzetten, met de uitspraak in de zaak over de Drentse roofmoorden van 24 november van de Rechtbank Noord-Nederland.

 De feiten[1]

De Drentse roofmoorden vonden plaats in 2012 en 2013. In november 2012 hebben twee broers uit Hoogeveen, genaamd Admilson en Marcos R., een man vermoord die zijn hond aan het uitlaten was, waarbij ze onder meer zijn portemonnee, sleutels en auto meenamen. Voor hij overleed hebben ze hem tevergeefs naar zijn pincode gevraagd. Enkele maanden later, in juli 2013, sloegen de mannen opnieuw toe. Ditmaal brachten ze een ouder echtpaar door wurging om het leven in de woning van het echtpaar, waarna ze ervandoor gingen met een iPad, één of meer laptops, sieraden, een fototoestel, één of meer telefoons, een sleutel en een portemonnee. Voor het echtpaar werd vermoord, hebben de broers hen gedwongen hun pincode af te staan en geld over te maken van hun spaarrekening naar de betaalrekening. Het motief van de moorden? Geld. De Officier van Justitie eiste levenslang tegen beide broers. Hierbij was onder andere rekening gehouden met de ernst van de feiten, de gevolgen die de feiten voor de nabestaanden hebben gehad, de houding van de verdachten tijdens het proces en de persoonlijke omstandigheden van de verdachten.

De levenslange gevangenisstraf in Nederland en in Europa

Zoals gezegd betekent levenslang in Nederland ook echt levenslang. Wel kent Nederland de zogenaamde gratieregeling. Gratie is de enige optie voor een tot levenslang veroordeelde om nog vrij te komen. Een tot levenslang veroordeelde kan te allen tijde en zo vaak hij of zij wil een gratieverzoek indienen. De minister van Veiligheid en Justitie kan vervolgens gratie verlenen op grond van artikel 2 van de Gratiewet, dat luidt als volgt:

“Gratie kan worden verleend

  1. op grond van enige omstandigheid, waarmede de rechter op het tijdstip van zijn beslissing geen of onvoldoende rekening heeft gehouden of kunnen houden en die, ware zij op dat tijdstip wel of voldoende bekend geweest, hem aanleiding zou hebben gegeven tot het opleggen van een andere straf of maatregel, of tot het afzien daarvan; dan wel
  2. indien aannemelijk is geworden dat met de tenuitvoerlegging van de rechterlijke beslissing of de voortzetting daarvan geen met de strafrechtstoepassing na te streven doel in redelijkheid wordt gediend.”

Kort gezegd houdt dit in dat gratie kan worden verleend indien bepaalde omstandigheden bekend worden die de rechter anders zouden hebben doen besluiten, of indien het zinloos zou zijn om de gevangenisstraf te laten voortduren. De kans dat een verzoek om gratie wordt gehonoreerd is echter bijzonder klein: sinds 1970 is slechts eenmaal gratie verleend. Dit gebeurde in 2009 in verband met de gezondheidstoestand van de gevangene, die terminaal ziek was.[2] Niet iedereen is het eens met de beperkte toepassing van de gratieregeling. Zo pleitte PvdA-lid Jeroen Recourt in januari van dit jaar al voor een tussentijdse toetsing na 25 jaar, waarin moet worden onderzocht of het voortzetten van de gevangenisstraf nog zin heeft.[3]

Het systeem van de levenslange gevangenisstraf zoals dat in Nederland gehanteerd wordt is uniek binnen Europa. Ondanks dat een meerderheid van de Europese landen de mogelijkheid kent om een levenslange gevangenisstraf op te leggen, betekent dit in de praktijk niet altijd levenslang. Zo kennen veel landen de mogelijkheid van voorwaardelijke invrijheidsstelling – waartoe kan worden besloten aan de hand van een tussentijdse toetsing – detentiefasering of een gratiebeleid waarin daadwerkelijk gratie wordt verleend.[4]

EHRM Vinter e.a./Verenigd Koninkrijk en de Drentse roofmoorden

In juli 2013 werd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens een belangrijke uitspraak gewezen op het gebied van de levenslange gevangenisstraf. In deze zaak klaagden drie tot levenslang veroordeelde Britten dat zij geen mogelijkheid hadden om ooit nog vrij te komen, wat naar hun mening in strijd was met artikel 3 van het EVRM, te weten het verbod op onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing. Het Hof gaf de eisers gelijk en oordeelde dat een levenslange gevangenisstraf niet per definitie in strijd is met artikel 3 van het EVRM, maar dat hiermee wel strijd is indien er geen sprake is van prospect of release en possibility of review.[5] Er moet dus altijd een mogelijkheid bestaan om de straf opnieuw te beoordelen en deze in te korten. Volgens het Hof kende het Verenigd Koninkrijk deze mogelijkheid niet.

Hoe werkt dit door in het Nederlandse rechtsstelsel? De rechters in de zaak van de Drentse roofmoorden volgden de lijn van het Hof en hebben ervoor gekozen om geen levenslang op te leggen. In plaats daarvan werden beide broers veroordeeld tot een gevangenisstraf van dertig jaar, waarbij Admilson R. ook tbs met dwangverpleging werd opgelegd. Verwezen werd naar de tot levenslang veroordeelde waaraan in 2009 gratie was verleend; de rechters waren van mening dat een dergelijke reden voor gratieverlening niet valt onder het begrip prospect of release zoals bedoeld door het EHRM. Dat alleen gratie wordt verleend in het geval dat de tot levenslang veroordeelde terminaal ziek is, biedt onvoldoende uitzicht op invrijheidstelling. De conclusie dat de mogelijkheid van gratie slechts fictief is wilden de rechters niet trekken, maar wel oordeelden ze dat de gratieregeling feitelijk amper de mogelijkheid biedt op daadwerkelijke gratieverlening. De rechtbank oordeelde dan ook dat uit de Europese jurisprudentie volgt dat “de praktijk van de levenslange gevangenisstraf in Nederland op gespannen voet staat met de eisen die uit het EVRM voortvloeien, omdat de facto nauwelijks perspectief bestaat op verkorting van de opgelegde levenslange gevangenisstraf. Dit is voor de rechtbank de reden om niet over te gaan tot het opleggen van een levenslange gevangenisstraf.” Kortom: de Nederlandse gratieregeling zou volgens deze rechters niet (genoeg) voldoen aan de eisen van artikel 3 van het EVRM, wat hen heeft doen besluiten de verdachten geen levenslang op te leggen.

Een moedige rechtbank en een sterk signaal richting de politiek. Nu is het wachten op een reactie. Bij het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt er inmiddels druk nagedacht over een humaner systeem om met levenslang gestraften om te gaan; staatssecretaris Dijkhoff heeft toegezegd dat er binnenkort een brief verschijnt omtrent de mogelijkheden voor de gratieprocedure. Vol verwachting klopt ons hart…

[1] Rb. Noord-Nederland 24 november 2015, ECLI:NL:RBNNE:2015:5389.
[2] Beantwoording Kamervragen over de tenuitvoerlegging van de levenslange gevangenisstraf, 4 maart 2014, 2013Z25341, p. 3.
[3] N. Besselink, ‘PvdA: Levenslang na 25 jaar toetsen’, Trouw 6 januari 2015, www.trouw.nl.
[4] ‘Wat is levenslang – buitenland’, Stichting Forum Levenslang, http://www.forumlevenslang.nl/wat-is-levenslang/buitenland/.
[5] EHRM 9 juli 2013, 66069/09, 130/10 en 3896/10 (Vinter e.a./Verenigd Koninkrijk), par. 110.

The post De Drentse roofmoorden appeared first on Bulletineke Justitia.