Bulletineke Justitia
U bent hier:

Maffiapraktijken in politiek Nederland?

De voorbereidingen voor de Tweede Kamerverkiezingen zijn op dit moment in volle gang. Naast dat de reclamespotjes, videoboodschappen en radiofragmenten u om de oren vliegen, kunt u ook op straat benaderd worden waarom u nu echt op hun partij zou moeten stemmen. Waar halen ze het geld voor al die mankracht vandaan? Hoor ik u denken. Het antwoord is ronduit simplistisch: klop gewoon bij de Quote-500 aan. 

Campagne voeren

17 maart is het zover: de Tweede Kamerverkiezingen. Dit jaar zullen maar liefst zevenendertig partijen proberen de kiezer te overtuigen van hun gelijk en dat zij daadwerkelijk die belangrijke stem verdienen.[1]Door het royale scala aan verschillende partijen zal de zwevende kiezer door al de lijsttrekkers het spreekwoordelijke bos niet meer kunnen zien. Het is dus erg belangrijk voor partijen om nét wat meer in de voorgrond te treden dan de concurrent, om een zo’n groot mogelijke achterban te creëren en hiermee meer zetels op te halen in de Tweede Kamer. Om dit te bereiken is reclame nodig. Dit kan bijvoorbeeld aan de hand van tv-tijd, radiofragmenten, flyers of posters. Campagne voeren neemt dan ook redelijk wat kosten met zich mee; voor niets gaat de zon op.  

Politieke partijen zijn, voor het voeren van campagne, (deels) afhankelijk van giften en donaties. Zo werd tijdens de afgelopen verkiezingen in Amerika ruim drie miljard dollar opgehaald.[2]Natuurlijk komen dit soort bedragen niet voor in de nuchtere Nederlandse politiek. Echter, de verhouding is misschien minder scheef dan u in eerste instantie zou denken. Een gift van 350.000 euro voor een Nederlandse partij komt regelmatig voor.[3]Zo heeft softwareondernemer en tech-miljardair Steven Schuurman afgelopen week zelfs één miljoen euro overgemaakt naar de rekening van D66.[4]Hiermee rijst de vraag of zo politieke invloed wordt uitgeoefend, of dat een donateur indirect zelfs werkgever van de partij wordt.

Wet financiering politieke partijen

Sinds de implementatie van de Wet financiering politieke partijen in maart 2013 is de subsidiëring en het toezicht op de financiën van politieke partijen in enige zin gereguleerd. Zo zijn politieke partijen – ingevolge artikel 25 lid 1 sub b wfpp – verplicht om een donatie of gift met een waarde van 4500 euro of meer kenbaar te maken aan het ministerie. Het melden van de donatie is voldoende, hierna volgt geen verder onderzoek. Daarnaast kan je een groot bedrag opsplitsen in kleinere donaties om zo alsnog onder de magische grens van bovenstaand wetsartikel te komen.

Wat echter wel van belang is, is de transparantie van een dergelijke gift. Zo heeft de PVV een bedrag van ruim 53.000 euro aan haar neus voorbij moeten laten gaan, omdat de adresgegevens van de gulle gever niet achterhaald konden worden.[5]Desalniettemin kan ook de transparantie omtrent donaties met wat kleine aanpassingen omzeild worden. De VVD ontving bij de vorige Kamerverkiezingen een bedrag van 890.000 euro. Dit geld kwam binnen via een stichting die op hetzelfde adres zetelt als het VVD-partijkantoor. Of daar particuliere donateurs achter steken, werd niet bekendgemaakt.[6]Hierbij is de transparantie dus ver te zoeken.

Controle

Zoals in bovenstaande wet naar voren komt, bestaan de nodige regels omtrent partijdonaties en zijn deze ook al gecodificeerd in ons rechtsstelsel. Naast deze wettelijke grond bestaat een commissie die deze regels toetst. Echter, deze commissie gaat lang niet zo ver als in de omliggende landen. In landen als Duitsland en Zweden bestaat “een onafhankelijke commissie waarin politicologen en juristen zitten, en die controleren alles. […] Er moet volledige transparantie zijn.”[7]De commissie in Nederland daarentegen controleert alleen of partijen zich aan de wet houden. 

Conclusie

Natuurlijk staat het eenieder vrij om de partij – welke zij adoreren – een financieel steuntje in de rug te bieden. Deze eenzijdige overeenkomst kan er echter wel toe leiden dat partijen niet meer voor hun idealen op komen, maar louter voor wat de hoogste bieder haar opdraagt. Hiermee verschuift de tendens van onze democratie meer naar een donatieveiling, waarbij de hoogste bieder er met de partijbelangen vandoor gaat. Daarnaast zorgt het verschil in ontvangen donaties voor een reclamedominantie van bepaalde partijen. Wellicht kan de wetgever tijdens zijn volgende zoom-meeting een strengere regelgeving omtrent partijdonaties aan de orde stellen, om zo het evenwicht te herstellen en ervoor te zorgen dat elke partij weer evenveel kans op een stoeltje krijgt.


[1]’37 partijen nemen deel aan Tweede Kamerverkiezing’, Kiesraad 5 februari 2021.

[2]E. de Zeeuw, ‘Trump versus Biden is ook de strijd om het grote (campagne)geld’, NOS 28 oktober 2020.

[3]I. Landman, ‘Tonnen aan giften voor partijen: ‘Donateur wordt zo beetje werkgever van politici’, NOS 4 maart 2021. 

[4]W. Kieskamp, ‘Zoekt de miljardair die D66 een miljoen schonk invloed? ‘Ik heb dezelfde motivatie als iemand die een paar tientjes doneert, Trouw 4 maart 2021.

[5]‘Welke partij kreeg geld van wie? En hoe de PVV 53.000 euro misliep’, Het Parool 9 oktober 2020. 

[6]W. Kieskamp, ‘Nederlands techmiljardair schenkt miljoen aan campagne D66, en tonnen aan PvdD’, Trouw 4 maart 2021.

[7]  I. Landman, ‘Tonnen aan giften voor partijen: ‘Donateur wordt zo beetje werkgever van politici’, NOS 4 maart 2021.

The post Maffiapraktijken in politiek Nederland? appeared first on Bulletineke Justitia.