Bulletineke Justitia
U bent hier:

Game of drones

Drones zijn een relatief nieuw fenomeen waarvan zowel door particulieren als voor commerciële bestemmingen enthousiast gebruik wordt gemaakt. De kleine, onbemande vliegtuigjes die voorzien zijn van camera-apparatuur, zijn voor velen een interessant hulpmiddel voor allerlei doeleinden. Tot nu toe golden voor commerciële drones strengere eisen dan voor hobbyisten, maar sinds 1 oktober 2015 is dit gelijkgetrokken. Ook wordt nagedacht over het gebruik van drones in de publieke sector.

Voor particulieren was het al mogelijk om zonder vergunning met een drone te vliegen. Voor hen golden slechts gebruiksregels (bijvoorbeeld verboden boven mensen te vliegen of te dicht bij bebouwing te vliegen, etc.). Commerciële gebruikers moesten echter wel een vergunning aanvragen. Dit systeem is veranderd: Wat betreft minidrones gelden nu dezelfde regels voor zowel particuliere als commerciële gebruikers. Wel zijn deze regels een stuk strenger dan voorheen. Er mag alleen zonder vergunning worden gevlogen met drones die minder wegen dan 4 kilogram.

Voor particuliere droneliefhebbers die willen vliegen met een zwaardere drone gelden dezelfde regels als voorheen golden voor commerciële vliegers. Zij hebben onder andere een brevet en een vergunning nodig. Deze zijn sinds 1 juli jongstleden te verkrijgen door een theorie- en praktijkexamen af te leggen.

Gemeentewet

Ook in de publieke sector kunnen drones een belangrijke taak vervullen. Hier heeft omgevingsrechtadvocaat Sammie Elbertsen onlangs in een blog aandacht aan besteed. Verder ligt er een wetsvoorstel bij de Eerste Kamer waarin een wijziging van de Gemeentewet wordt geopperd, waardoor het mogelijk wordt voor een burgemeester om drones te gebruiken ter handhaving van de openbare orde. Hieraan kleven wel een aantal voorwaarden:. Allereerst moet de gemeenteraad in een verordening de bevoegdheid aan de burgemeester verlenen om gebieden aan te wijzen waar dronetoezicht is toegestaan; de gemeenteraad kan echter ook bepalen dat er geen flexibele camera’s mogen worden ingezet. Vervolgens zal de burgemeester moeten beoordelen of het gebruik van drones noodzakelijk en proportioneel is. Zodra het gebruik van drones niet meer noodzakelijk is, zal de gebiedsaanwijzing moeten worden ingetrokken. Deze proportionaliteits- en subsidiariteitstoets zal er in veel gevallen toe leiden dat er geen vliegende camera’s worden ingezet, simpelweg omdat toezicht door middel van vaste camera’s volstaat. Ten slotte moet de burgemeester besluiten tot het daadwerkelijk inzetten van drones in een bepaald gebied. Hiervoor is een tweede proportionaliteits- en subsidiariteitstoets nodig, ditmaal met betrekking tot het type camera dat wordt ingezet.

In de praktijk zal dit alles ertoe leiden dat drones (nog) niet met grote regelmaat gebruikt zullen worden ter handhaving van de openbare orde. Wel is natuurlijk voor te stellen dat het een goede, praktische oplossing zal zijn om grote evenementen te surveilleren.

Kortom, het gebruik van drones in Nederland neemt toe en er gelden steeds meer veiligheidseisen om de risico’s binnen de perken te houden. Als de Eerste Kamer het wetsvoorstel aanneemt, zal het gebruik van drones voor het uitvoeren van de publieke taak binnenkort een feit zijn.

Relevante bron: https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2015/04/30/soepeler-regels-voor-mini-drones-in-de-maak

 

The post Game of drones appeared first on Bulletineke Justitia.