Interview Jeroen Smarius

In dit interview gaat het over werken bij de overheid en dan in het bijzonder werken bij een decentrale overheid als de gemeente of provincie. Jeroen Smarius, directeur bij de Provincie Noord-Brabant, vertelt over zijn ervaring bij verschillende gemeenten en de provincie en hoe zijn rechtenstudie nog vaak van pas komt bij zijn dagelijkse werkzaamheden.


Je hebt rechten gestudeerd aan de Radboud Universiteit
in Nijmegen. Waarom heb je destijds de keuze gemaakt voor de rechtenstudie in Nijmegen en hoe is dat bevallen?

Ik ben rechten gaan studeren vanwege mijn brede algemene interesse en de rechten- studie die daarbij goed aansloot. De keuze voor Nijmegen had te maken met dat ik hockeyde in het eerste van MHC Boxmeer en daar graag wilde blijven hockeyen. Nijmegen lag in de buurt en dus werd het rechten studeren in Nijmegen.

De keuze voor rechten en voor Nijmegen beviel mij al vrij snel. We kregen een erg brede opleiding en tegelijkertijd was het erg breed toepasbaar op situaties in de maatschappij. Ik merkte dat ik geïnteresseerd was in hoe de (rechts)verhoudingen tussen mensen, bedrijven en overheidsinstellingen in elkaar zitten en hoe dat precies werkt. Ik kreeg al snel speciale interesse voor het bestuursrecht en civiel recht. Wat mij daaraan voornamelijk boeide was de veronderstelde ongelijkheid tussen ‘machtige’ overheid en ‘zielige’ burger in die bestuursrechtelijke verhouding en de veronderstelde gelijkheid tussen partijen in het civiele recht. Voornamelijk als je kijkt naar de praktijk, dus bijvoorbeeld met de lijdelijke rechter in het civiele recht, maar juist de actieve rechter in het bestuursrecht. Ik ben uiteindelijk in 1987 in beide richtingen afgestudeerd. Wel wist ik al vrij snel dat de advocatuur niet mijn ding zou zijn, aangezien je dan echt de focus moet hebben op de belangen van één partij. Ik vond het juist leuk om de dingen wat breder te zien en dan te kijken wat dan de beste oplossing of richting is. Ik zag mijzelf wel werken bij de overheid en elke dag aan de slag gaan met dat algemene belang, wat het dan ook mag zijn.

Zou je je carrièrepad na de studie kunnen schetsen en hoe je uiteindelijk bij de provincie Noord-Brabant terecht bent gekomen?
Na mijn afstuderen kwam ik via het vervangen van een zwangerschapsverlof terecht bij de Gemeente Wijchen, als jurist op de afdeling bouw- en woningtoezicht. Hier was het mijn taak om bouwplannen van mensen te beoordelen en ze te vertellen wat ze wel en niet mochten bouwen. Dit deed ik aan de hand van documenten die ik eigenlijk nog nooit gezien had, laat staan mee gewerkt had. Deze documenten waren onder andere bestemmingsplankaarten en bestemmingsplanvoorschriften. Via de afdelingen volkshuisvestiging en handhaving kwam ik terecht bij de functie van algemeen jurist in Wijchen. Als algemeen jurist hield ik me minder bezig met specifieke problemen en specifieke regelingen (vb. Bouwbesluit), maar meer met algemene juridische problemen die de afdelingen niet zelf konden doen, hierdoor kwam ik ook weer meer in aanraking met wetten als de Algemene wet bestuursrecht. Na zeven jaar als jurist te hebben gewerkt, vroeg de toenmalige gemeentesecretaris aan mij of ik leidinggevende wilde worden van de afdeling bouw- en woningtoezicht. Op dat moment zat ik ook net op een punt waarop ik twijfelde wat ik in de toekomst wilde gaan doen. Iets wat mijn interesse had gewekt was de raio-opleiding (rechterlijke ambtenaar in opleiding) om eventueel Officier van Justitie te worden. Toch overtuigde de kans om leidinggevende te worden mij om bij de Gemeente Wijchen te blijven. Ik kreeg de promotie en ik begon, zonder enige leidinggevende ervaring, aan de functie van hoofd van de afdeling bouw- en woningtoezicht.

Na deze functie vijf jaar bekleed te hebben ben ik vertrokken bij de Gemeente Wijchen om directeur ruimte bij de Gemeente Tiel te worden. In mijn portefeuille zaten alle aspecten van de ‘ruimte’, denk aan bestemmingsplannen, onderhoud (vaar)wegen, vergunningverlening etc. Twee jaar na mijn benoeming in Tiel vertrok de toenmalige gemeentesecretaris en werd ik benoemd tot gemeentesecretaris, wat ik zeven jaar gedaan heb. Vervolgens ben ik tien jaar in Uden gemeentesecretaris geweest alvorens de overstap te maken naar de provincie Noord-Brabant als directeur.

Je bent bij twee verschillende gemeenten gemeentesecretaris geweest, wat doet een gemeentesecretaris eigenlijk?
De gemeentesecretaris staat aan het hoofd van de ambtelijke organisatie, een soort algemeen directeur. Hij is eerste adviseur van het college van burgemeester en wethouders en zit ook altijd bij de collegevergaderingen. De taak van de gemeentesecretaris met betrekking tot die vergaderingen is tweeledig. Enerzijds om voorafgaand aan de vergadering te kijken of een voorstel rijp is om een besluit te worden en anderzijds om tijdens de vergadering te kijken of er goede besluiten worden genomen. Dat wil zeggen ‘zijn alle aspecten meegewogen?’, ‘is er een goede afweging gemaakt? En ‘is dit een goed moment om een dergelijk besluit te nemen?’ Als er dan een besluit is genomen moet het worden uitgevoerd en die uitvoering moet ook worden gecoördineerd.

Als gemeentesecretaris ben je voor zo’n 80% bezig met het algemeen directeurschap en zo’n 20% met de verbinding tussen wat bestuurlijk besloten wordt en hoe het moet worden voorbereid en uitgevoerd. Iets waar mijn juridische achtergrond goed van pas kwam, al zijn er ook steeds meer gemeentesecretarissen die geen jurist zijn. Het is ook niet zo dat niet-juristen geen gemeentesecretaris kunnen zijn, maar ik vind wel dat iedere ambtenaar een minimumkennis zou moeten hebben van de Awb en dan voornamelijk de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Gewoon dat je als ambtenaar weet binnen welk juridisch kader je de besluiten voorbereidt en uitvoert. Dat is ook iets wat we hier binnen de provincie Noord-Brabant ook zeker proberen te doen.

Je bent zowel werkzaam geweest bij verschillende gemeenten als bij een provincie. Wat zijn de verschillen tussen werken bij beiden?
Het verschil tussen werken bij de provincie en bij een gemeente is dat je minder direct contact met inwoners hebt bij de provincie. Bij de gemeente ben je veel meer bezig met directe dienstverlening. Qua werkzaamheden maak je bij de provincie meer plannen en ben je veel meer bezig met subsidies. Om maatschappelijke invloed uit te oefenen heb je als provincie grofweg twee middelen tot je beschikking: geld en regels. De gemeente probeert vaak samen met de inwoners een oplossing te bedenken en zit dus wat minder in de regels. Bij de gemeente is het wat pragmatischer en bij de provincie is de afstand wat groter.

Wat doet de directeur van de provincie Noord-Brabant?
Als directeur van de provincie Noord-Brabant heb ik een aantal van de maatschappelijke opgaven waar de provincie zich mee bezig houdt als mijn aandachtsgebieden. Wat ik doe op die gebieden is vooral de strategie van de organisatie uitdenken, hoe we als provincie met die maatschappelijke vraagstukken omgaan. Dit doe ik samen met drie andere directeuren en daarboven staat de provinciesecretaris.

Als directeur van de provincie Noord-Brabant ben je vertegenwoordiger van een overheid, is het niet lastig in je dagelijkse werkzaamheden om steeds ‘de overheid’ te zijn?
Het kan weleens als hinderlijk worden ervaren dat je het algemeen belang moet nastreven als overheid, maar dat is ‘part of the job’. Als overheidsjurist moet je het algemeen belang niet als ‘lastig’ ervaren, maar je moet het juist leuk vinden om in een zo breed mogelijk spectrum te opere- ren. Je werkt niet net als een advocaat naar een oplossing toe, maar je weegt met een open blik alle belangen af en komt zo tot een doelmatige en rechtmatige oplossing.

Hoe ziet de gemiddelde werkdag van Jeroen Smarius eruit? Ben je veel aan het vergaderen of zit je juist gekluisterd aan een bureau?
Ik vergader veel, maar ik probeer ook wel de provincie in te gaan en gesprekken te hebben met mensen hoe het ervoor staat. Ik praat dan met vertegenwoordigers van gemeenten waar op dat moment iets speelt. Dit is erg belangrijk omdat op veel vraagstukken vereist wordt dat je samen met gemeenten en het Rijk optreedt als één overheid. In onze gedecentraliseerde eenheidsstaat is de gemeente vaak het eerste aanspreekpunt is voor de burger. Maar sommige problemen overstijgen nou eenmaal gemeentegrenzen en zelfs provinciegrenzen. Een goed voorbeeld hiervan is ondermijning door de georganiseerde criminaliteit, als je daarbij niet als één overheid optreedt dan creëer je een waterbedeffect en verhuizen de criminelen gewoon heel makkelijk van Noord-Brabant naar bijvoorbeeld Gelderland.

Waarom is het voor rechtenstudenten interessant om te gaan werken bij een gemeente of de provincie?
Wat mij vooral interesseerde aan werken bij een overheid als de gemeente of de provincie is het afwegen van allerlei belangen en op die manier tot een goed besluit komen. Zoals ik al zei trok het behartigen van de belangen van een partij zoals een advocaat doet mij niet zo. Bij een advocatenkantoor heb je een cliënt met een juridisch probleem en die help je daarmee. Bij de overheid heb je een maatschappelijk probleem met een juridische component, maar het maatschappelijke probleem blijft centraal staan. De juridisch passende oplossing is niet per definitie de ‘beste’ oplossing, maar het moet wel een oplossing zijn die juridisch verantwoord is. Dat is net een ander accent dat er ligt, maar daarbij is het dus wel handig dat een paar juridische ogen er naar kijken. De stikstofcrisis is hier een perfect voorbeeld van. De PAS was beleidsmatig natuurlijk dé uitkomst, maar juridisch gezien was het twijfelachtig en daar plukken we nu de vruchten van.
Wel worden juristen intern soms als ‘struikelblokken’ ervaren. Ambtenaren hebben dan een plan bedacht en komen dan bij de jurist om te kijken of het plan ook rechtmatig is. Als de jurist het plan dan afkeurt zonder met een oplossing te komen, wordt dan nog wel eens als hinderlijk ervaren. Mijns inziens is dat ook juist een van de uitdagingen die je hebt als overheidsjurist. Ervoor zorgen dat je niet alleen toetst en eventueel afkeurt, maar ook met ideeën en oplossingen komt die passen binnen het juridisch kader. Aangezien juristen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld bestuurskundigen, zowel bestuursrechtelijk (abbb) als rechtsstatelijk weten hoe het zit, hebben we in dat proces echt een meerwaarde.
Daarnaast is er ook voor de civilisten nog genoeg te doen bij de overheid, denk aan het aanbestedingsrecht, overeenkomstenrecht, schadeafwikkeling of onteigening. Veel van deze aspecten zijn wel combinaties van civiel met bestuursrecht, dus een affiniteit met beiden is hierbij wel handig.

Wat zou je nog willen meegeven aan de studenten die dit interview lezen?
Ik hoop dat de afgestudeerde juristen van de toekomst ook openstaan om te kijken naar wat een carrière bij de overheid voor hen kan betekenen. Enerzijds omdat een juridische achtergrond is enorm handig bij het werk bij een overheid als de gemeente of de provincie en anderzijds omdat de overheid een prettige werkgever is. Dus vind je het interessant om in de praktijk met zaken als belangenafweging en het algemeen belang aan de slag te gaan, dan ben je bij ons van harte welkom!
Voor de geïnteresseerden hebben wij het Traineeship ‘Toekomst van Brabant’, waarin je bij een drietal decentrale overheden stage gaat lopen – provincie, gemeente en waterschap – en kijkt of werken bij de overheid iets voor je is en zo ja, waar dan.


Reageer op dit bericht

Uw browser is niet meer van deze tijd!

Update uw browser om optimaal van deze website (en vele anderen) te genieten Nu updaten!

×